Politics  /  December 18, 2011

Het Emma Kinderziekenhuis: het behouden waard

Zo’n vijftig jaar geleden drong het besef door dat het behouden van monumenten de moeite waard is. Maar wat te doen met monumentale panden die voor die tijd flink gehavend zijn?

Een voorbeeld is het Emma Kinderziekenhuis. Iedereen die ooit vanuit de Roetersstraat aan is komen fietsen zal het er meteen over eens zijn dat het hier gaat over een zeer beeldbepalend gebouw. Maar omdat door uitbreidingen de architectonische waarde van de verschillende delen is aangetast, weten monumentenbeschermers er maar moeilijk raad mee.

Wat is het verhaal van dit gebouw?

In 1872 openden het zijn deuren aan de Sarphatistraat in een gloednieuw pand: een paviljoen met twee zijvleugels. De architect P.J. Hamer ontwierp het gebouw. Een toonaangevende architect in zijn tijd, die ook aan de wieg stond van de volkshuisvesting. In de Willemstraat in de Jordaan zijn nog veel van zijn arbeiderswoningen terug te vinden, waaronder het bekende Concordiahofje.

De architect J.L. Springer, ook de architect van de Stadsschouwburg, tekende voor de eerste uitbreiding. Tegen de oostelijke vleugel verrees een ‘isoleergebouw’ (1876), voor besmettelijke ziekten. In 1885 verving hij de oostelijke vleugel door een hoger gebouw, dat onder andere ruimte moest bieden aan een nieuwe operatiekamer. In 1891 werd ook de westelijke vleugel vervangen door de architecten Schill en Haverkamp, ook verantwoordelijk voor het sociëteitsgebouw van De Groote Club aan de Dam, die de oostvleugel van Springer kopieerden. Zo ontstond weer een symmetrisch geheel. Schill en Haverkamp bouwden in 1907 ook een nieuw isoleergebouw, nu Spinozastraat 55.

Kort na 1960 werd het schilderachtige gebouw flink aangepakt. Het isoleergebouw van Springer verdween, werd opgevuld door een modernistische uitbreiding. Het poortgebouw van Hamer verloor zijn kap en kreeg twee etages erbij. Ook de andere gebouwen werden aan de bovenzijde op gelijke hoogte gebracht. Zo ontstond een patchwork van architectuurstijlen waar monumentenbeschermers zich nauwelijks raad mee weten. Te zeer aangetast om tot Rijks- of gemeentelijk monument (‘orde 1’) te benoemen.

Er zijn plannen om op deze locatie een hotel te bouwen. In de deelraad heeft de PvdA ervoor gepleit om delen van het gebouw, tenminste de gevels van de oude gebouwen, te behouden. Andere partijen, met uitzondering van de VVD deelden die mening. Gezien de naam en faam van de architecten, de cultuurhistorische waarde van het gebouw maar ook omdat deze wijk al zoveel nieuwbouw kent dat wij vinden dat je zuinig met oude gevels moet omspringen.

Overigens pleiten ook de Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad en Bureau Monumentenzorg voor het behoud van delen van het gebouw. Het is nu aan het DB om te zoeken naar instrumenten om de huidige ontwikkelaar van het terrein daartoe te bewegen. Je zou zeggen dat een ontwikkelaar van een hotel toch ook de aantrekkelijkheid van historische gevels voor bezoekers aan de Amsterdamse binnenstad zou moeten beseffen.